Knolselderballetjes

Bereiding

1. Voorbereiding:

2. Maak het dipsausje: plet de kappertjes en meng met de zure room.

3. Kruid met peper en zout. Laat rusten in de koelkast, zodat de smaken zich kunnen ontwikkelen.

4. Pers de citroen en giet de helft van het sap in een kom water.

5. Schil de knolselder. Snij 350 g in grove blokjes. Leg ze meteen in de kom met citroenwater.

6. Rasp 150 g knolselder fijn en voeg de rest van het citroensap toe.

7. Bereiding:

8. Kook of stoom de blokjes knolselder in 10 à 12 min. gaar. Giet goed af en plet fijn met een pureestamper.

9. Meng de geraspte knolselder met de gepureerde knolselder.

10. Voeg de bloem en het ei toe aan deze bereiding. Kruid met peper en zout en roer goed dooreen. Laat het mengsel afkoelen in de koelkast gedurende ± 10 min.

11. Rol met natte handen balletjes van de knolselderpuree (Ø 2,5 cm). Rol ze door het kruidenpaneermeel.

12. Verhit 4 mm zonnebloemolie in een pan met dikke bodem. Bak de gepaneerde balletjes mooi bruin in 10 min.

13. Afwerking:

14. Serveer de knolselderballetjes met de kappertjesdipsaus.