Kurken paashaas

lp_VI0722_lente_pasen_knutseltip_paashaas_stap_1.jpg

Wat heb je nodig?

  • 54 kurken
  • secondelijm
  • plakkaatverf
  • penseel
  • zwarte stift of 2 zwarte knopen of wiebeloogjes
  • 1 pompon
  • 2 chenilledraden
  • 1 strik

Hoe maak je het?

lp_VI0722_lente_pasen_knutseltip_paashaas_stap_2.jpg

Stap 1

Print het sjabloon. Maak eerst de kop van de paashaas. Verdeel de kurken voor de kop over het sjabloon. Lijm ze aan elkaar vast met secondelijm (vraag hulp aan je mama of papa). Laat goed drogen.

Download het sjabloon.

lp_VI0722_lente_pasen_knutseltip_paashaas_stap_3.jpg

Stap 2

Verdeel de kurken voor de oren over het sjabloon en lijm ze aan elkaar vast. Lijm daarna de oren vast aan de kop. Laat goed drogen.
lp_VI0722_lente_pasen_knutseltip_paashaas_stap_4.jpg

Stap 3

Verf je paashaas in de kleur van jouw keuze. Teken 2 oogjes met een stift of lijm 2 zwarte knopen of wiebeloogjes vast op de kurken. Knip 2 chenilledraden telkens in 3 stukken. Lijm een pompon en de chenilledraden vast voor de neus en de snorharen. Bevestig de strik aan je paashaas.