Parelhoen met gebakken grotchampignons en rodewijnsaus

Bereiding

1. Voorbereiding:

2. (ontdooitijd + 20 min.)

3. Laat de parelhoenfilets oppervlakkig ontdooien en dep droog.

4. Snipper de sjalotten fijn.

5. Snij de grotchampignons in 4 of 6 stukken.

6. Breng lichtgezouten water aan de kook in een kookpot en kook de peultjes 2 min. onafgedekt. Giet af en spoel onder koud water.

7. Wrijf de ongeschilde aardappelen schoon onder koud water en snij in de lengte in 4 of 6 kwartjes, afhankelijk van de dikte.

8. Hak de platte peterselie grof.

9. Bereiding:

10. Kook de stukken aardappel 15 à 20 min. gaar in lichtgezouten water. Giet af.

11. Doe intussen de fijngesnipperde sjalotten samen met de rode wijn, de jeneverbessen en het laurierblaadje in een kookpot. Laat tot 1/3 inkoken. Overgiet met de gevogeltefond en laat tot de helft inkoken.

12. Verhit 2 eetl. olijfolie in een pan en bak de champignons goudbruin. Doe dat in verschillende porties. Voeg de gekookte peultjes toe en kruid met peper en zout. Meng er de platte peterselie onder.

13. Verhit 1 eetl. olijfolie in een pan en bak de parelhoenfilets ± 4 min. aan elke kant goudbruin (afhankelijk van de dikte).

14. Zeef de saus en klop de koude boter in klontjes onder het opgevangen vocht. Kruid met peper en zout.

15. Verhit 1 eetl. olijfolie in een braadpan en bak de aardappelkwartjes kort goudbruin. Kruid met peper en zout.