Geroosterde kippenreepjes met basilicum

Bereiding

1. Snij de kipfilets in reepjes.

2. Maak de marinade: strijk de bodem van een ondiepe schotel in met 2 eetl. olijfolie. Bestrooi met 1 koffiel. basilicum, 0,5 koffiel. Provençaalse kruiden en zwarte peper. Leg er de reepjes kip in en bedek het vlees met de rest van de kruiden en de olie. Dek de schotel af en laat het vlees ± 30 min. marineren. (Om een grotere hoeveelheid kippenvlees te marineren, werkt u in lagen: een laag kip afgewisseld met een laag kruiden en olie. Pas ook de hoeveelheid kruiden en olie aan.)

3. Maak de saus (5 min.): giet de yoghurt in een kommetje en meng met 2 eetl. citroensap, 3 koffiel. bieslook, 1 koffiel. dragon, 1 geperst teentje knoflook, 1/2 koffiel. suiker, peper en zout. Giet er beetje bij beetje de 2 eetl. olijfolie bij, terwijl u stevig roert. Garneer de saus met citroenschijfjes en verse peterselie.

4. Laat de overtollige olie van de kippenreepjes druipen. Bedek de rooster met aluminiumfolie, leg de kippenreepjes erop en breng op smaak met wat zout.

5. Laat de reepjes ± 7 min. roosteren, tot ze goudbruin zijn. Draai ze om en rooster ze nog eens 5 min. tot ze rondom een bruin korstje hebben en binnenin volledig gaar zijn.

6. Dien op met een tomatensalade en gepofte aardappelen (aardappelen in de schil, gewikkeld in aluminiumfolie en zo gebakken in het vuur van de barbecue).