Parelhoen met crumble van witloof en veenbessen

Bereiding

1. Voorbereiding:

2. Hak de walnootpitten fijn (dat gaat makkelijk als u ze in een plastic zakje stopt en er met een deegrol of glazen fles over rolt).

3. Maak de crumble: snij 80 g koude boter in klontjes en meng met de bloem, de vanillesuiker en de walnootpitten. Wrijf tussen uw vingers tot een grof kruim.

4. Verwijder de harde kern uit het witloof en snij in fijne reepjes.

5. Schil de appelen en snij in blokjes van max. 1 cm.

6. Snipper de peterselie fijn.

7. Bereiding:

8. Verwarm de oven voor op 180 °C.

9. Smelt 1 eetl. boter in een kookpot en bak het witloof 5 min. Roer er de blokjes appel onder en laat nog 2 min. mee bakken.

10. Voeg de veenbessen toe en meng goed. Verdeel alles over een ovenschaal en bedek met de walnootcrumble. Zet 15 à 20 min. in de voorverwarmde oven.

11. Smelt ondertussen 1 eetl. boter in een braadpan en bak de parelhoenfilets 2 à 3 min. op de velkant op een hoog vuur. Kruid met peper en zout.

12. Draai de filets om en laat nog ± 4 min. garen op een zacht vuur. Haal uit de pan en hou warm.

13. Giet de gevogeltefond in de pan en schraap de braadresten los met een houten lepel. Roer er de room en de peterselie onder en kruid met peper en zout.

14. Bak de diepgevroren kroketten in de friteuse op 175 °C (baktijd: zie verpakking).

15. Afwerking:

16. Verdeel de parelhoen in sneetjes over de borden. Serveer met de crumble en de kroketten. Werk af met de saus.