Kaasflensjes met witloof en hazelnoot

Bereiding

1. 50 min. + 10 min. in de oven

   Snij de prei in de lengte in 2 en dan in halvemaantjes van 1 cm. Verwijder de harde kern uit het witloof en snij in stukken van 1 cm.

2. Doe de pannenkoekenmix in een mengkom. Maak in het midden een kuiltje en breek er de eieren in. Giet er beetje bij beetje 9 dl melk bij en mix tot een glad beslag.

3. Smelt 1 kl boter in een pan met antiaanbaklaag en schep er een kleine pollepel van het pannenkoekenbeslag in. Bak aan beide kanten goudbruin. Maak zo 8 flensjes.

4. Verhit de olijfolie in een kookpot en stoof de prei en het witloof 4 à 5 min. Doe er de spinazie bij en laat slinken. Kruid met peper en zout en laat nog even garen op een zacht vuur.

5. Smelt intussen 30 g boter in een steelpannetje en roer er de bloem onder met een klopper. Laat even drogen op het vuur. Voeg beetje bij beetje en al roerend 3 dl koude melk toe en laat pruttelen tot een gebonden saus. Kruid met de nootmuskaat, peper en zout.

6. Verwarm de oven voor op 180 °C. Hak de hazelnoten grof.

7. Roer de bechamelsaus onder de groenten. Meng er 3/4 van de geraspte kaas onder en verdeel over de flensjes. Rol op of vouw dicht.

8. Leg de gevulde flensjes op een bakplaat met bakpapier en bestrooi met de rest van de kaas, de hazelnoten en de pompoenpitten. Zet ± 10 min. in de voorverwarmde oven.