Gemarineerd everzwijnengebraad met Rodenbach

Bereiding

1. Voorbereiding:

2. Schik het everzwijnengebraad in een diepe schotel en giet er de helft van de wildfond en de Rodenbach bij.

3. Voeg de laurier toe, de tijm en de jeneverbessen (plet ze tussen 2 eetlepels). Draai het vlees eens om, dek af en zet koel weg.

4. Laat marineren tot de volgende dag. Draai tussenin het vlees nog 1 à 2 keer om.

5. Bereiding:

6. Haal het vlees uit de marinade en dep goed droog. Schik het in een ovenschotel en verdeel er de boter in nootjes over.

7. Schuif in een op 250 °C voorverwarmde oven en laat 10 à 15 min. bakken.

8. Verlaag de temperatuur tot 200 °C. Giet er de biermarinade over en laat nog 35 à 45 min. braden (afhankelijk van de dikte van het gebraad). Bedruip tussendoor 1 à 2 keer met braadvocht.

9. Haal het vlees uit de schotel en kruid met peper en zout. Giet het braadvocht door een zeef in een pan, voeg de rest van de wildfond, eetl. room en 1 eetl. aalbessengelei toe en laat 3 min. inkoken. Bind lichtjes met instantsausbinder.

10. Doe een bodempje sap van de peertjes in een steelpan en doe er 2 eetl. aalbessengelei in. Breng aan de kook en laat er de peertjes in verwarmen op een zacht vuurtje.

11. Afwerking:

12. Snij het vlees in dunne sneden en dien op met de saus, de warme babypeertjes en kroketjes of hertoginnenaardappeltjes.